Vincent van Gogh, Veld met korenschoven, 1890
Vanuit zijn slaapkamer in Saint-Paul-de-Mausole keek Vincent uit over een ommuurd korenveld met daarachter de bergen van de Alpilles. Hij schreef erover in een van de eerste brieven aan zijn broer Theo vanuit Saint-Rémy:“Door het venster met ijzeren tralies ervoor kan ik een ommuurd korenveld zien, een vergezicht als van Van Goyen, waarboven ik ’s morgens de zon in zijn volle glorie zie opkomen.”